PRINTBARE VERSIE

DEEL 15

IN WISSELWERKING MET EEN UFO

Auteur: Lou Baldin

Vertaling: Hans Jochems

(Ik heb Mr. Baldins persoonlijke toestemming om het te vertalen en op Ufowijzer te publiceren. Hiervoor ben ik hem zeer dankbaar. Lou Baldin laat tevens weten dat het non-fiction is. Hans Jochems.)

Deel 16


~ “De buitenaardsen waren hier al voordat er ook maar aan mensen werd gedacht, en de buitenaardsen zullen hier nog steeds zijn als de tijd voor de mensheid is verstreken.” - De auteur ~



Het boek ‘In League With A UFO’, geschreven door de Amerikaan Mr. Lou Baldin,
uitgegeven op 25 juni 1997.



Schrijver Lou Baldin, toen en nu

Voor de geïnteresseerden, Lou Baldin’s site vind je hier:
http://loubaldin.blogspot.com

* * * * *


Hoofdstuk 10

TERUG VAN UTOPIA

Bill keerde na 2 maanden van afwezigheid weer terug en vond de commissie overspoeld met materiaal dat zij van Tim hadden gekregen. Zij waren zo bezig met de onthullingen van Tim dat zij helemaal vergeten waren dat Bill weg was. Bill was niet beledigd; omdat terwijl hij weg was, hij zich bewust was van alles wat er met Tim en de commissie gebeurde. Hij gaf hun de tijd om alle informatie die Tim voor hen had te assimileren voordat Bill alles aan hen zou vertellen wat hij tijdens zijn afwezigheid had geleerd. Hij vertelde de commissie dat hij dertig dagen vrij zou nemen om bij zijn familie te kunnen zijn. Zijn twee kinderen zaten op de universiteit, daarom kon hij ook een weekend met hun doorbrengen. De rest van de tijd zouden hij en zijn vrouw een cruise doen naar een rustig afgelegen eiland.

Hij vertelde zijn vrouw nooit wat hij allemaal echt op het werk deed, en merkwaardig genoeg deed zij geen enkele moeite om te trachten erachter te komen wat zijn werk precies inhield. Zij was een tengere, verlegen vrouw. Zij hield zich meestal afzijdig en was precies het tegendeel van Bill, die van uitgaan hield en het heerlijk vond om te praten.

Na zijn ontmoetingen met de buitenaardsen was Bill niet langer zo extravert als hij eens was. Hij werd stiller gedurende de latere jaren die hij bij het programma was en sprak alleen nog met de commissieleden als hij hen iets belangrijks te vertellen had. Hij hield geen amusante gesprekken meer, iets dat zijn collega’s misten omdat Bill altijd degene was met de leukste moppen. Hij was ook goed in het vertellen van sterke verhalen. Dat was de reden waarom zijn collega's hem niet geloofden toen hij hen de eerste keer vertelde dat hij buitenaards contact had gemaakt.

Ook al was Bill een ‘plager’, zijn vrienden en collega's hadden een groot respect voor hem. Zijn kennis en bekwaamheid om denkbeelden te begrijpen die de meesten van hen niet begrepen, imponeerde iedereen die hij ontmoette. Hij was gedurende het grootste deel van zijn volwassen leven een vervent prater, dat echter veranderde na zijn eerste ontmoetingen met de buitenaardsen. Zijn persoonlijkheid veranderde daarna ook drastisch en zijn kennis scheen iedere dag te verviervoudigen. Zijn collega's noemden hem ‘Spock’, een karakter in de tv serie Star Trek. Anders dan Spock, toonde Bill sympathie voor iedereen om hem heen terwijl hij toch een ‘strikt zakendoen’ mentaliteit handhaafde.

Bill’s vrouw vertelde hem dat toen hij die twee maanden weg was, zij hem helemaal niet had gemist. Zij bedoelde daar geen onverschilligheid mee; zij vertelde Bill, dat gedurende de hele tijd dat hij weg was zij steeds zijn aanwezigheid had gevoeld. Bill kon haar echter niet vertellen dat zij de hele tijd bij hem was geweest. Een buitenaardse die het uiterlijk en de persoonlijkheid van zijn vrouw had aangenomen was in haar plaats achtergelaten.

Bill had de buitenaardsen gevraagd of hij zijn vrouw mee mocht nemen; zij hadden één voorwaarde, dat het haar niet werd toegestaan zich dat te herinneren en dat Bill haar niet kon vertellen dat zij samen een reis gingen maken naar een andere planeet. Bill ging akkoord, hoewel hij liever had gehad dat deze reis de éénmaal in je leven vakantie voor allebei zou zijn. Maar het was belangrijker voor hem dat hij zijn vrouw mee mocht nemen en was blij dat hij haar niet voor twee maanden alleen thuis hoefde te laten.

Terwijl zij op vakantie waren vertelde Bill’s vrouw hem over een vreemde droom die zij had terwijl hij weg was. Zij vertelde hem dat zij samen op een vreemde plek waren, met z’n tweeën, de kinderen waren er niet bij. Het was zoals op een andere planeet; zij wist dat omdat het meer dan één zon had. Er waren drie zonnen van verschillende afmetingen; één was een beetje groter dan de zon waar de aarde om draait, en de andere twee zonnen waren veel kleiner maar helderder dan de volle maan. Die andere planeet had meerdere manen, allemaal verschillend van kleur. Anders dan onze maan, konden de inwoners van die planeet naar al die manen reizen, net zoals zij en Bill ook hadden gedaan.

Zij vertelde hem dat zich ‘op die manen steden bevonden, steden die alleen in dromen kunnen bestaan omdat zij te mooi waren om echt te zijn’. ‘De steden waren zo schoon dat zij fonkelden als diamanten’. De droom was zo echt dat zij zich in feite herinnerde hoe het voedsel smaakte. En het voedsel was zo ongelofelijk lekker dat het echt een droom moest zijn. Zij wenste dat zij die droom met hem kon delen. Het was zo moeilijk te beschrijven hoe fantastisch zij zich daardoor voelde. Als ze niet beter wist, zou ze gedacht hebben dat het echt was gebeurd!

Bill was verrast over hoeveel haar was toegestaan te herinneren. Hij dacht dat de buitenaardsen alles dat er was gebeurd zouden markeren met iets dat paste in een meer aardse droom. Hij was blij dat zij haar dat geschenk hadden gegeven. Het was dus achteraf toch hun droomvakantie!

Bill wenste dat hij haar kon vertellen over de andere 80% van de dingen die zij beiden hadden gezien en meegemaakt. Een gedeelte daarvan was zo fantastisch dat zowel Bill als zijn vrouw moest worden verdoofd om te voorkomen dat hun zintuigen zouden ontploffen. Zij moesten ook een speciaal pak dragen en een muts opdoen die uitgerust was met een zonnebril die leek op wat er op de aardse skihellingen werd gebruikt. De temperatuur van die planeet was hoger dan die van de aarde en het was er minstens tweemaal zo helder. Er was geen nacht; het werd er nooit donker. Wolken bestonden daar ook niet. De variatie van bomen en planten, om nog maar te zwijgen van de kleuren en verscheidenheid aan bloemen, zou een aardse botanist uitzinnig van vreugde maken.

Het was Bill verboden om deze ervaringen aan niemand anders te vertellen, uitgezonderd de commissie. De buitenaardsen waren niet bang dat Bill voor hen schadelijke informatie naar het algemene publiek of zijn vrouw zou laten uitlekken. Zij waren enkel bezorgd dat Bill zich belachelijk zou maken tegenover zijn vrouw en vrienden indien hij hen ook maar een fractie zou vertellen van wat hij wist. Hij had echter genoeg discipline om zich er van te weerhouden het aan wie dan ook in zijn gemeenschap of het grote publiek te vertellen. Maar het vereiste buitengewone discipline van hem om sommige geheimen niet aan zijn familie of beste vrienden te vertellen.

De moeilijkste tijd voor Bill kwam toen de buitenaardsen zijn eigen dochter meenamen en zij wakker werd met een bloedneus. Hij wist wat er met haar gebeurd was en wat zij had moeten doormaken, en daarom moest hij maar wat huichelen en een verhaal verzinnen over wat er misschien de oorzaak van was geweest. Toen Bill jong was vertelden zijn ouders hem dat het iets was dat nu eenmaal bij kinderen gebeurde. En daarom kwam Bill niet verder dan dat ook maar aan zijn dochter te vertellen.

Zijn dochter was twaalf toen Bill de buitenaardsen persoonlijk leerde kennen. Hij was er één keer bij toen zij haar ontvoerden, maar na die gebeurtenis vroeg Bill om niet meer aanwezig te hoeven zijn bij haar ontvoeringen. Het was voor hem al moeilijk genoeg om naar een huilend kind van iemand anders te kijken gedurende bepaalde procedures terwijl hij geen mogelijkheid had om hen op te beuren. Het was echter absoluut ondraaglijk om naar zijn eigen kind te kijken, en speciaal als zij naar hem opkeek en huilde: “Help mij, Papa”, terwijl hij niets anders kon doen dan observeren. Bill begreep een aantal van de dingen die plaatsvonden en waarom. Maar wat hij niet begreep waren de dingen die zo vreselijk pijnlijk waren. Als Bill er op een dag achter zou komen dat de buitenaardsen kwade dingen bij hem en zijn gezin deden, zou dat er niet toe doen. Er is geen enkele mogelijkheid om hen daarvan te kunnen weerhouden. Het gehele militaire leger van de Verenigde Staten, of zelfs van deze planeet, zou niets kunnen doen om hen te stoppen.

Bill was blij dat hij diep van binnen geloofde dat de buitenaardsen goed waren en daarom werkte hij zo gewillig met hen samen. Maar hij had wel degelijk een kwellende argwaan in zijn achterhoofd. Hij had nooit het gevoel alsof hij hun slaaf was, maar omdat zij in staat waren om wat voor realiteit dan ook in zijn geest te plaatsen, was hij nooit volledig overtuigd van hun ware intenties.

De buitenaardsen begrepen zijn bedenkingen en vertelden hem dat zijn vermogen om hen verdacht te vinden het bewijs was dat de buitenaardsen geen controle over hem hadden. Indien de buitenaardsen dat wel hadden, konden zij gemakkelijk iedere twijfel in zijn geest maskeren. In plaats daarvan, aangezien de buitenaardsen het toch voor het zeggen hadden, konden zij met mensen samenwerken zonder zich te hoeven bekommeren om al de gevoelens van wantrouwen die mensen hebben. De buitenaardsen konden, indien zij dat wilden, alle mensen in zombies veranderen, maar dat was niet het doel van hun missie.

Er zijn maar weinig mensen die op dezelfde manier kunnen samenwerken met de buitenaardsen zoals Bill en Tim doen. De Buitenaardsen maken gebruik van een uitgebreid eliminatieproces voordat zij een geschikt mens vinden waaraan zij zichzelf kunnen vertonen.

Bill ontmoette anderen zoals hijzelf terwijl op bezoek was op die andere planeet. Zij kwamen niet allemaal van de aarde. Zij die niet van de aarde afkomstig waren hadden echter dezelfde lichaams- en gezichtskenmerken als mensen. In feite waren zij allemaal van dezelfde genenpoel waar ook Bill van afkomstig was. Bill ontmoette er maar zeven die van andere planeten kwamen. Zij vertegenwoordigden twee planeten die exacte kopieën van de aarde waren. Er zijn miljarden planeten die vergelijkbaar zijn met de aarde en er zijn miljarden planeten die beduidend verschillen van de aarde. Omdat de planeten die beduidend verschillen geen betekenis voor Bill en de anderen hadden, werd daar niet over gepraat, hoewel hun werd gezegd dat het iets was waar zij mogelijk in de toekomst meer over zouden leren.

Een taal uit de oudheid
Het was het vreemdste gevoel ooit dat Bill en de anderen ervoeren toen een buitenaardse een universele taal bij hen ontsloot. Het was de eerste demonstratie die de buitenaardsen voor hen deden. Het gebeurde toen hij samen met de eerste groep was, ‘de groep van zeven’ zoals hij hen noemde. De eerste meeting werd gehouden in een prachtige binnenhof ergens in de hoofdstad. Een buitenaardse zei slecht één woord tegen hen en dat woord was een toegangscode die iets in hun menselijke breinen activeerde. Toen de buitenaardse het had gezegd, werd er een klein gebied in de hersenen dat voorheen inactief was bij alle zeven geactiveerd. Op datzelfde moment begon de hele groep in dezelfde taal tegen elkaar te praten.

In de tweede groep van twaalf waar Bill mee was, werd hij verrast doordat hij elf anderen ontmoette die net zoals hijzelf van de planeet aarde kwamen. Hoewel hij en de commissie al eerder in het programma hadden getheoretiseerd dat er andere landen op aarde moesten zijn die een buitenaards ruimteschip hadden, had de commissie daar geen bewijs van, noch zouden zij nooit hebben vermoed dat het er zoveel konden zijn!

Bill was één van twee van die groep aardbewoners die Engels sprak. De buitenaardsen activeerden diezelfde ‘taalmodule’ ook in hen. Eén van de aanwezige mensen vroeg de buitenaardsen of zij op zichzelf toegang konden hebben tot dat geactiveerde taaldeel in het menselijke brein. De buitenaardsen vertelden hen zij dat niet kunnen. Het was geen taal die vandaag de dag op de aarde word gesproken, hoewel het duizenden jaren geleden wel op de aarde gebruikt was. De aanwezigen van de aarde waren daar niet om met elkaar te delen wat zij op de aarde met de buitenaardsen deden.

De intentie van dat bezoek was hun menselijk bewustzijn te verbreden en een beetje meer te leren over wat het allemaal met zich meebrengt om mens te zijn in deze sterrengroep genaamd de Melkweg. En ‘een beetje’ was correct. Alle mensen verlieten die plaats met meer vragen dan antwoorden.

Bill vertelde de buitenaardsen dat er naar zijn gevoel ‘veel aan hen was getoond, maar dat er maar weinig aan hen was gegeven om het te begrijpen’. De buitenaardsen gaven daarop als antwoord dat er niet alleen veel niveaus van buitenaardsen bestaan, maar ook veel niveaus van mensen. ‘Het begrip dat ieder mens heeft hangt af van het niveau waarop hij of zij zich bevind". Dát alleen bepaalt wat een ieder kan begrijpen en voor zichzelf houdt wanneer ieder van hen die planeet verlaat.

Op aarde zijn er zeven niveaus. Op andere planeten kan het bereik variëren van één tot tweeënvijftig niveaus. Het niveau dat een persoon heeft wordt niet alleen bepaald door intelligentie alleen, maar komt hoofdzakelijk van iets veel dieper in de ziel. Het is iets dat niet gemakkelijk wordt verkregen. Het was niet aan de buitenaardsen om in details te vertellen wat dat was. Het was iets dat moest worden vastgesteld bij ieder individu.

Slechts twee van de twaalf mensen bij die ontmoeting hadden niveau zeven. De rest had het niveau vijf of zes bereikt. Wie op welk niveau was werd niet onthuld en niemand van hen kon weten welk niveau zij hadden. Mensen zouden hun niveau alleen te weten komen nadat zij waren gestorven; dat was alles wat de buitenaardsen Bill en de anderen konden vertellen. Zodra de mensen naar de aarde waren teruggekeerd, was het onwaarschijnlijk dat Bill de andere elf opnieuw zou zien of ontmoeten. Buitenaardsen rekruteerden mensen om werk voor hen te doen door de geschiedenis heen. Bill en de anderen waren enkel de nieuwste leden van die broederschap.

Eén van de dingen die aan Bill tijdens die bijeenkomst werd onthuld, was dat niet alle buitenaardsen goedaardig zijn. Sommigen zijn kwaadaardig en spenderen hun tijd met het zich bemoeien met het mensenras en het te beïnvloeden. Bill werd verteld dat het toestel dat hij en de commissie in hun bezit hadden, niet beschadigd was door een ongeluk. In werkelijkheid was het aangevallen door één van de schepen die aan die verraderlijke buitenaardsen toebehoorde.

Het neergestorte schip had samen met alle her en der liggende wrakstukken als bewijs van zijn bestaan gemakkelijk door de buitenaardsen kunnen worden opgeruimd om het allemaal geheim te houden, maar zij werden door anderen op een hoger niveau in de matrix opgedragen ‘om het daar te laten’. De Buitenaardsen stonden toe dat het toestel in handen viel van bepaalde geselecteerde mensen, de commissie, waarvan de buitenaardsen wisten dat het toch naar hun zou worden gebracht. Het diende ook om die verradelijken een kleine overwinning te gunnen, en ook omdat zij besloten hadden om de wereld een steekproef te geven van de ‘buitenaardse terreur die voor de gehele mensheid opdoemde’.

De buitenaardsen lieten Bill weten dat die verradelijken enkel een vrij kleine irritatie voor hen waren, maar dat zij verantwoordelijk waren voor vele UFO-waarnemingen die door het algemene publiek waren gerapporteerd.

De buitenaardsen zijn hier niet om contact te maken; zij waren hier al voordat er ook maar aan mensen werd gedacht. En de buitenaardsen zullen hier nog steeds zijn als de tijd voor de mensheid is verstreken. Die verradelijken hebben mensen meegenomen en hebben veel kwaad gedaan in de ontwikkeling van de mensheid. Zij hebben niet altijd succes met hun plannen, maar ze zijn in staat geweest om hun kwaadaardige zaad in iedere hoek van de wereld te planten!

* * * * *

THE END

INTERVIEW MET LOU BALDIN deel 1


UFO PAGINA

Pagina Laatst Toegevoegde Artikelen