PRINTBARE VERSIE

ONDERZOEKSTER MIKT OP BUITENAARDSE ONTVOERINGEN

Door Michael Kunzelman

2005 © Vertaling Katrijn voor Ufoplaza

Cambridge, Massachusetts – Susan Clancy heeft het helemaal gehad met ruimtewezens. De Harvard-psychologe denkt dat ze elk boek heeft gelezen en elke film over buitenaardse wezens heeft gezien, daarbij heeft ze ongeveer 50 mensen ondervraagd die beweren dat ze door buitenaardse wezens zijn ontvoerd.

Alles in naam van de wetenschappelijke waarheid, en geen sciencefiction.

“Ik ben een aarzelende wetenschapper van ‘aliënografie’ geworden, aldus Clancy.

Ze maakt zich op voor een nieuwe ronde hatemail als later deze maand haar boek “Abducted: How People Come To Believe They Were Kidnapped By Aliens” wordt gepubliceerd door Harvard University Press.

Degenen die geloven dat er buitenaardsen onder ons verkeren hadden niet veel op met haar theorie dat ontvoerden “valse herinneringen” hebben gecreëerd uit, zoals ze schrijft, een “mix van een neiging naar fantasieën, geheugenvervorming, cultureel beschikbare geschriften, slaaphallucinaties, en wetenschappelijk analfabetisme.”

Dat betekent niet dat Clancy denkt dat haar ‘studieobjecten’ gek zijn. Eigenlijk was ze heel verbaasd dat velen van hen heel normaal, intelligent en welbespraakt waren.

“Het bespreken van ongewone overtuigingen is heel normaal,” zei ze in een telefoongesprek vanuit Nicaragua waar ze een onderzoeksbaan heeft. “Het is heel eigen aan mensen in dingen te geloven waarvoor geen wetenschappelijk bewijs is.”

Toen ze in 1996 op Harvard kwam had Clancy niet het voornemen om de verhalen van groene mannetjes die mensen uit hun slaapkamers ontvoeren en voor pijnlijke medische experimenten gebruiken voor joker te zetten. In plaats daarvan startte ze haar onderzoek naar valse herinneringen door slachtoffers van seksueel misbruik te bestuderen. Snel werd ze het doelwit van boze “buitenstaanders” die haar beschuldigden slachtoffers in diskrediet te brengen. Eén woedende briefschrijver noemde haar een “vriend van alle pedofielen.”

Rond dezelfde tijd begon Harvard Medical School een onderzoek naar de researchmethodes die (Pulitzer-prijswinnaar) psycholoog John Mack in zijn hypnosetechnieken gebruikte om herinneringen naar boven te halen van mensen die beweerden door aliëns te zijn ontvoerd. (De school besloot Mack, die vorig jaar in Londen werd aangereden en gedood door een dronken automobilist, niet te berispen).

Mack’s werk bracht Clancy op een idee: Zouden haar theorieën niet gemakkelijker te testen zijn als ze zeker wist dat de herinneringen van haar proefpersonen irreëel waren? Zij en haar mentor, Harvard-psycholoog Richard McNally, plaatsten een advertentie in de krant met de vraag: “Bent u ontvoerd door aliëns?” In minder dan een dag stond haar voicemail vol.

Tijdens het interviewen van de ontvoerden begonnen Clancy en McNally een bepaalde lijn te ontdekken. Veel personen beschreven bijvoorbeeld de verschrikkelijke ervaring van wakker worden en zich niet meer kunnen bewegen en waren ervan overtuigd dat er zich een indringer in hun kamer schuilhield.

Voor de Harvard-psychologen was het zonneklaar dat hun proefpersonen aan een episode van slaapparalyse hadden geleden – een ongewisse toestand tussen slaap en wakker zijn, soms onderbroken door hallucinaties. “Het lijkt een beetje op de hik in de hersenen. Het is niet gevaarlijk,” zei McNally, eraan toevoegend dat 20 procent van de bevolking [van Amerika] ten minste één keer een slaapparalyse-ervaring zullen ervaren.

Bovendien kunnen veel ontvoerden beschreven worden als “spirituele mensen” die van hun conventionele geloofsovertuigingen afgestapt zijn, voegt McNally eraan toe. “De mensen die hiervan overtuigd zijn krijgen een onvervalste spirituele climax. En geconfronteerd te worden met een naturalistische beschrijving hiervan is zeer kwetsend.”

Clancy beschrijft de ontvoeringsverhalen van haar proefpersonen in haar boek in detail, alleen de namen zijn veranderd.

Een bepaalde persoon, “een welbespraakte, knappe chiropracticus” [‘bottenkraker’] met een “opvallend aantrekkelijke vrouw” en tweelingzonen, beweerde hybride baby’s te hebben verwekt met een buitenaardse vrouw, een “gestroomlijnd, sylf-achtig schepsel.” Een andere proefpersoon, een 34-jarige kunstenaar met een academische opleiding, kon maar niet de vinger leggen op zijn “verontrustende aan slaap gerelateerde ervaringen” totdat hij onder hypnose werd gebracht door een ontvoeringsonderzoeker die hij op het Internet vond. Tijdens zijn tweede hypnosesessie vertelde de kunstenaar dat hij herinneringen ontdekte aan ontvoeringen door aliëns die hem vastbonden op een zwart marmeren tafel en hem onderwierpen aan een pijnlijk seksueel experiment.

Volgens Clancy toont een grote hoeveelheid onderzoek aan dat hypnose het voor mensen gemakkelijker maakt om onechte herinneringen te creëren. “Dit komt hoofdzakelijk door de stimulatie van de verbeelding en de vermindering van realiteitsbeperking,” schrijft ze in haar boek. Toch kwam Clancy erachter dat het onmogelijk was om buitenaardse ontvoeringen categorisch te weerleggen. “Je kunt alleen maar aanvoeren dat ze onwaarschijnlijk zijn en dat het door de gelover aangevoerde bewijs onvoldoende is om het geloof te rechtvaardigen,” schreef ze. Uiteindelijk is het bestaan van ET’s daarom een kwestie van opvatting, en hebben de gelovers hun eigen mening die gebaseerd is op ervaringen uit de eerste hand.”

Een van die “gelovers” is Will Bueche, een 36-jarige inwoner van Arlington die voor Mack werkte toen Clancy en McNally hem een paar jaar geleden interviewden. Volgens Bueche heeft hij sinds jong kind meer dan een dozijn “ontmoetingen” met aliëns gehad. Deze ontmoetingen met de “lijkbleke, dunne wezens” gebeuren meestal ’s nachts, in zijn kamer, en hij voelt zich alert maar “een beetje gedrogeerd” terwijl ze telepathisch met hem communiceren. “Het is niet zo dat ze in mijn geest Engels spreken, het is een mengeling van muziek, beelden, gevoelens en indrukken.” Volgens Bueche kunnen Clancy’s theorieën over buitenaardse ontvoeringen en slaapparalyse niet helemaal verklaren wat hij heeft ervaren. “Ik denk dat haar boek in veel opzichten dicht bij de waarheid komt, maar daarbuiten niet in staat is een mogelijke nieuwe doorbraak te zien in de wijze waarop we tegen de realiteit aankijken.”

Clancy’s conclusies worden niet gedeeld door David Jacobs, een hoogleraar geschiedenis aan Temple University. Jacobs, die een college geeft geheten: “UFO’s en de Amerikaanse samenleving”, zei dat Clancy’s boek “Abducted” een “typisch debunking boek” is. “Dit is sociale wetenschapsjunk, van een bepaald aanmatigend gehalte.” Volgens Jacobs, die vertelde dat hij “hypnotische regressie” gebruikte om herinneringen van meer dan 900 ontvoerden terug te vinden, zijn slaapparalyse, gebrekkige hypnose en bedrieglijke herinneringen “eenvoudigweg geen verklaring voor de overtuigende details” in de verhalen van de ontvoerden. “Alle debunkers maken een voor een de volgende fouten: Ze negeren de gegevens, ze verdraaien de gegevens of kennen de gegevens niet,“ aldus Jacobs, die zichzelf beschrijft als een “serieuze UFO-onderzoeker die meent dat er dringend bewijs is dat deze gebeurtenissen min of meer plaatsvinden zoals (ontvoerden) vertellen.”

Clancy en McNally zijn niet de enige psychologen die buitenaardse ontvoeringen hebben bestudeerd.

Leonard Newman, professor in de psychologie aan de University of Illinois in Chicago, is co-auteur van een essay waarin de suggestie wordt gewekt dat door aliëns ontvoerden “masochisten” zijn die genieten van de pijnlijke belevenissen die ze beschrijven. “Deze mensen liegen niet,” aldus Newman. “Valse herinneringen voelen even echt aan als echte herinneringen.” In tegenstelling tot Clancy en McNally heeft Newman zelf geen enkele ontvoerde ondervraagd, en verliet zich in plaats daarvan op andere gepubliceerde verhalen van ontvoeringsrapporten. Volgens Newman vonden veel van zijn collega’s het dom een dergelijk onderwerp aan te pakken. “Waarschijnlijk is het voor sommige mensen gewoon uitermate ongewoon,” zei hij over zijn masochisme-theorie. “Het is alsof je één raar fenomeen wilt verklaren met een ander fenomeen dat mensen heel raar vinden.”

Clancy deelt Newman’s tegenzin carrière te maken met buitenaardse ontvoeringen. Ze vertelde dat de hoeveelheid en de onaangename toon van de hatemail die ze iedere dag krijgt veel erger is dan wat haar onderzoek naar seksueel misbruikte slachtoffers heeft voortgebracht. Zo verscheen ze bijvoorbeeld in juli jl. op CNN’s “Larry King Live” en kreeg al kwalijke e-mail voor de show voorbij was.

“Ik wil niets meer met aliëns te maken hebben.”

Bron: http://www.rednova.com

Zie verder onderstaand artikel in de Harvard University Gazette:
http://www.news.harvard.edu/gazette/2005/09.22/11-alien.html

Een artikel over Richard McNally: BuitenaardseOntvoeringenEenFantasie.html


ONTVOERINGEN PAGINA