PRINTBARE VERSIE

AN ABDUCTEE’S ACCOUNT

Overgenomen en vertaald van de website van A.U.R.A.


HET VERSLAG VAN EEN ONTVOERDE

Op deze pagina kunt u het verslag lezen van een slachtoffer van buitenaardse ontvoeringen. Om voor de hand liggende redenen kunnen wij natuurlijk niet de identiteit van deze ervaarder onthullen. Ook hebben wij geen wijzigingen in de tekst aangebracht omdat we het zo oorspronkelijk mogelijk willen houden. A.U.R.A. wil regressietherapeute Hilda Musch bedanken voor haar tijd en werk die zij vrijwillig in deze zaak heeft gestoken om de ontvoerde te helpen en zijn ervaringen een plaats te geven. Dank je wel Hilda!

Ontvoerd…

Het was laat op een avond in januari 1996, we waren bij mijn schoonouders. Het was omstreeks 0.30 en zij wilden naar bed gaan. Omdat het een klein huis is en ik ook regelmatig last van mijn rug heb, was het een gewoonte geworden dat ik beneden in de woonkamer sliep. Ik besloot om nog wat naar de TV te kijken nadat zij allen naar boven waren gegaan. Rond 02.00 begon ik slaap te krijgen en ik ging naar buiten om een laatste sigaret te roken. Niet dat ik het leuk vond om in de vrieskou in het midden van de nacht buiten te staan, maar sinds ik daar de enige roker ben had ik geen keus.

Het kleine achterplaatsje van hun huis kijkt uit op een vaart die nu gedeeltelijk bevroren was. Ik keek er naar terwijl ik rookte. Toen ik halverwege mijn sigaret was merkte ik een witte lichtflits op en met tussenpozen verlichtte die het ijs in de vaart. Op het eerste gezicht leek mij dat niet vreemd omdat er dicht bij het huis een smalle brug over de vaart ligt en ik dacht dat het licht afkomstig was van auto’s of fietsers die er overheen reden. Toen drong het tot mij door dat ik geen geluid hoorde van automotoren en toen ik beter luisterde was er slechts één geluid dat ik opmerkte en dat was een laag zoemend geluid, niets dat vreemd leek. Plotseling werd het duidelijk dat het licht niet van een auto afkomstig was. Het licht flitste opnieuw en ik kwam er achter dat het van recht boven mij kwam. Ik was verbaasd. Het licht flitste opnieuw en ondanks dat ik probeerde te zien waar de lichtstraal vandaan gekomen was, kon ik niets zien tegen de betrekkelijk bewolkte lucht.

Ik bleef een tijdje staan kijken, maar omdat ik niets zag ging ik weer voor een minuutje zitten en stak een andere sigaret op. Vanaf daar wordt het vreemd, laat mij proberen u eerst te vertellen wat ik mij kon herinneren kort na dat moment: Plotseling schrok ik wakker en keek om mij heen en ik zag dat ik nog steeds buiten was en op de bank zat. Mijn jas lag naast mij op de grond. Ik pakte hem op en vroeg mij af hoe lang ik daar gezeten had. Ik had het niet extreem koud, maar omdat het rond de -2 graden Celsius was kun je je indenken dat ik het toch behoorlijk koud zou moeten hebben. Toen ik de keuken binnen liep en zag dat het bijna twee uur later was dan toen ik naar buiten ging, kon ik dat absoluut niet begrijpen. Ik moest eigenlijk half bevroren zijn, zelfs met mijn jas aan laat staan zonder… maar dat was ik niet. Ik liep naar de woonkamer om de tijd te controleren, maar de keukenklok had toch gelijk: 3.55 ’s morgens. Ik was twee uur lang buiten geweest. Ik werd vervolgens heel snel moe en ging naar bed. Ik herinnerde mij nog wel het vreemde licht, maar ik was te moe om er over na te denken.

Later die nacht schrok ik plotseling wakker. In een flits herinnerde ik mij meer. Ik herinnerde mij dat iemand mij aanstaarde. Ik voelde mij angstig. In een flits zag ik twee grote, natte, zwarte ogen voor mij. Ik wist niet wat er gebeurde. Eerst het licht… vermiste tijd… en nu dit? Buitenaardsen? UFO’s? Ga weg! Oke, ik was moe en dat was alles. Dus draaide ik mij om en viel in slaap.

De volgende morgen vertelde mijn schoonmoeder dat ze die nacht vreemde geluiden had gehoord en haar zoon vertelde ons over het licht dat hij door zijn gordijnen heen had zien schijnen. Dat zette mij aan het denken. Daar ging mijn ‘ik was moe’ theorie. Maar wat moest ik er nu van denken?

De ontmoeting.

Mijn herinneringen aan de vreemde ervaring verdwenen niet, ik dacht er bijna elke dag aan en elke keer herinnerde ik mij een klein beetje meer. Natuurlijk had ik ook wel eens over UFO’s en ontvoeringen gehoord, maar ik geloofde geen woord van deze verhalen. Ik dacht dat dit soort mensen gewoon getikt was. Maar na die nacht in januari moet ik zeggen dat mijn interesse voor het onderwerp UFO’s en onverklaarbare lichten in de lucht toenam.

Enkele maanden later ging ik boodschappen doen en op de weg terug naar huis (we wonen aan de rand van de stad) hield een jonge vrouw mij aan en vroeg of ze mij wat mocht vragen. Ik dacht dat ze de weg wilde weten, dus natuurlijk zei ik ja. “U bent geïnteresseerd in UFO’s en graancirkels, is dat juist?”, vroeg ze. Ik was verrast. Hoe kon zij dat weten? Ze zei vervolgens dat ze iets had dat zij mij wilde laten zien en ze vroeg mij om haar te volgen. Ik was nieuwsgierig, ik vroeg haar wat het was. “Dat zal je wel zien,” zei ze en ze begon te lopen. Ik volgde haar. Op de een of andere wijze vertrouwde ik haar. Ze zag er niet gevaarlijk of vreemd uit. Ze was klein met een oriëntaals uiterlijk en ze had zwart haar van schouderlengte. Toen ze de stad uit wandelde dacht ik dat ze misschien een graancirkel had gevonden, dus ik vroeg het haar. Ze draaide zich om, keek mij aan en zei: “heb geduld.” Op de een of andere manier voelde ik geen aandrang om meer te vragen.

We kwamen in het open veld buiten onze stad. Ze liep naar een gedeelte waar veel bomen en bosjes staan. Ik begon nu wat nerveus te worden. Ze wuifde mij om haar te volgen en toen zag ik een object dat zweefde achter deze bosjes. Het zweefde ongeveer 50 tot 100 cm. boven de grond. Ik kon mijn ogen niet geloven. Ik wilde wegrennen, ik wilde schreeuwen maar de jonge vrouw had zich omgedraaid en keek in mijn ogen. Ik kon niets meer zeggen en ik kon mij niet meer bewegen. Het object had de vorm van een ei, maar dan in tweeën gesneden. Het was glad en grijs-zilver van kleur. Rondom had het vreemde geel-witte lichten die zwak knipperden. Het leken patrijspoorten, toch denk ik dat het dat niet waren. Tussen deze lichten werd een deur geopend. Het is vreemd, maar voordat hij geopend werd was het mij niet opgevallen dat er een deur zat. De vrouw stapte naar binnen. Achter haar zag ik twee wezens verschijnen. Ik zakte bijna door mijn knieën toen ik naar hen keek, zij hadden hetzelfde gezicht dat ik voor mij zag in die bewuste nacht in januari. Ik werd vreselijk bang. Toen zei de vrouw, “wees niet bang, we hebben je vele malen eerder ontmoet en we zullen elkaar opnieuw ontmoeten… we zullen je geen kwaad doen.” De deur schoot terug en het object begon een zoemend geluid te maken. Het bewoog zich zo’n 30 meter recht omhoog, stond daar stil voor zo’n twee seconden en schoot vervolgens weg met een enorme snelheid.

Het duurde een tijdje eer ik weer tot mijzelf gekomen was, maar na 15 minuten pakte ik mijn boodschappentas en liep terug naar huis. Ondertussen dacht ik na over het hele incident en toen schoot mij te binnen dat de ‘vrouw’ geen enkele keer haar mond had geopend toen zij die laatste zinnen tegen mij uitsprak. Maar alweer, de hele zaak was zo vreemd, ik dacht dat ik krankzinnig werd. Dit kan toch niet waar zijn?

Toen ik thuis kwam merkte mijn vrouw dat ik een soort van shock had, “waarom zie jij zo lijkbleek?” Ze dacht dat ik misschien een ongeluk of zo had gehad. Ik ging zitten en stond meteen weer op, liep de kamer op en neer en aarzelend vertelde ik haar stukje bij beetje wat er met mij gebeurd was. Haar reactie was een troostende ofschoon ik in haar ogen kon zien dat ze twijfels had. Maar wie kon haar dat kwalijk nemen? Zelfs ik had mijn twijfels.

De aanloop tot een sessie bij Hilda.

Ik besloot om mij te laten onderzoeken en ging een week later naar een psycholoog. Na een aantal sessies verzekerde hij mij dat ik wel de typische reacties vertoonde van iemand met een lichte shock, maar dat er mentaal niets mis was met mij. Mijn huisarts die ik ook bezocht had kwam met dezelfde diagnose. In principe zou iedereen blij zijn dat hij niet psychisch gestoord was… maar op de een of andere manier was ik teleurgesteld. Dat zou nu juist de enige verklaring zijn die ik had voor mijn ervaringen, in plaats van de mogelijkheid dat wat ik zag en ondervond echt was.

Via A.U.R.A. werd ik in contact gebracht met Hilda Musch, een regressie therapeute en een expert op het gebied van buitenaardse ontvoeringen. Ik moest lang nadenken eer ik besloot om haar te ontmoeten en misschien een sessie te ondergaan. Maar nadat ik symptomen kreeg zoals onverklaarbare littekens die in de nacht verschenen, de bewuste herinneringen aan het vaartuig en de wezens, het moeilijk in slaap kunnen komen, enz. besloot ik er toch maar heen te gaan.

Nadat we een sessie hadden gedaan, kwamen er meer zaken in mijn bewustzijn terug. Zelfs weken na de sessie. Ik zal voor u het hele verhaal vertellen zoals ik het mij nu herinner. Het bleek dat ik deze ervaringen al mijn hele leven had. Op de een of andere wijze beschikken deze wezens over de mogelijkheid om bepaalde herinneringen van het ontvoerde kind af te sluiten. Ik kan niet ingaan op al mijn ervaringen die ik mij weer herinner, maar ik zal diegene beschrijven waarvan ik vind dat ze het belangrijkste zijn.

De sessie.

We gingen van start met die specifieke nacht in januari. Opnieuw zag ik het licht dat flitste over de vaart en opnieuw keek ik omhoog om te zien waar het vandaan kwam. Echter deze keer werd het mij wel duidelijk wat er werkelijk gebeurde die nacht.

De lichtstraal richtte zich op mij en omhulde mij. Ik voelde een vreemd gevoel in mijn maag, ik werd opgetild door deze lichtstraal. Ik wilde mij bewegen, maar dat kon ik niet. Wat ik mij vervolgens herinner nadat het licht was verdwenen is dat ik in een fel licht keek en dat ik op een koude oppervlakte lag. Ik wilde opstaan, maar ik kon enkel mijn hoofd bewegen. Ik keek om mij heen en ik zag dat ik in een ronde kamer was. Boven mij kon ik een fel licht zien en instrumenten die ik niet thuis kon brengen. De lucht in de kamer was warm en vochtig.

Plotseling ging er een deur open en liepen er drie wezens de kamer binnen. Ik herkende hen op de een of andere manier en toch voelde ik ook angst. De wezens waren ongeveer 1.20 – 1.30 meter lang en hadden erg smalle lichamen met lange armen. Hun hoofden waren bijna te groot voor hun lichaam. Ze hadden een grijze huid, maar het meest angstaanjagende waren hun grote zwarte ogen, die waren kolossaal. Ik wilde praten, maar dat ging niet. De wezens stonden nu naast mij. Eén van hen was ongeveer 15 cm. langer en hij boog zich over mij heen. Toen ik in zijn ogen keek, kreeg ik een geruststellend gevoel over mij. “Wij horen bij elkaar,” zei hij met zijn ogen. “We zullen je geen pijn doen.” De twee andere bewogen enkele buisachtige objecten die gloeiden over mijn lichaam (alsof ze het scanden.) Toen draaide het wezen dat over mij heen stond zich naar hen toe en keek naar ze. Ik denk dat ze telepathisch met elkaar communiceren.

De vreemde instrumenten boven mij kwamen omlaag en het grotere wezen nam een instrument dat mij deed denken aan een tandartsboor. De andere twee stonden nu aan beide zijden van mijn hoofd. Eén van hen hield mijn hoofd met beide handen vast. Vanuit het instrument verscheen een toverstokachtig object. De grotere bewoog het dichter naar mijn gezicht. Ik wilde schreeuwen, maar ik was verlamd. Het object werd in mijn neus gestoken, ik voelde een korte brandende pijn. Daarna werd het object er weer uitgehaald. Toen pakte één van de kleinere wezens een ander instrument, het leek een beetje op een ballpoint. Hij gaf het aan de grotere. Hij nam het gereedschap en richtte het op mijn voorhoofd. Ik kon voelen hoe het koude instrument mij aanraakte, precies tussen mijn ogen. Snelle flitsen van beelden werden op de een of andere manier vertoond. Rechtstreeks in de hersenen waarbij de oogfunctie werd overgeslagen zo leek het. De beelden leken in het wilde weg van ons TV scherm geplukt te zijn. Ik zag vernietiging en oorlog, kussende mensen, nucleaire explosies, kleine baby’s, vervuiling… en dit alles in een behoorlijk hoog tempo. Ik heb geen idee wat de bedoeling hiervan is. Of het nu gebruikt wordt om de reacties te testen of als een manier om te communiceren, dat weet ik niet.

Nadat zij deze handelingen hadden beëindigd, verlieten ze de kamer weer. Opnieuw probeerde ik overeind te komen en opnieuw zonder succes. De tijd dat ik daar achtergelaten lag leek wel dagen te duren. Er gaan zoveel gedachten door je hoofd…

Maar toen ging de deur weer open. De wezens kwamen weer binnen en werden gevolgd door een wezen dat duidelijk vrouwelijk was en nog een ander wezen dat bijna menselijk leek ofschoon enkele kenmerken duidelijk verschilden van de onze. Zijn ogen waren groter, amandelvormig en helder lichtblauw. Zijn voorhoofd leek een beetje hoger en hij had bijna geen oren. Hij was gekleed in een strak om zijn lichaam zittend uniform, fletsblauw van kleur. Zo zag ook de vrouw er uit. Ze hadden beiden erg dun haar. Het haar van de man was bijna helemaal wit, terwijl dat van de vrouw wat donkerder was. Het mannelijke wezen keek naar de anderen alsof het iets ‘zei’ en verliet toen de kamer. Verschillende andere procedures, die ik niet wil beschrijven, werden vervolgens uitgevoerd waarna de ‘man’ terugkwam en zij allen verdwenen door een andere deur.

Een paar minuten later kwam het grotere grijze wezen terug in de kamer en ‘vertelde’ mij dat het tijd voor mij was om het te zien, net zoals ooit de tijd zal komen dat ik het allemaal zou herinneren en zelfs begrijpen. Ik was tegelijkertijd bang, verbaasd en nieuwsgierig. Het wezen nam mijn hand en draaide het licht boven mij zwakker. Ik kon mij weer bewegen ondanks dat ik een vreemd gevoel in mijn benen had. We gingen de deur uit en kwamen in een lange gang met weinig verlichting. Nadat we de gang een tijdje hadden gevolgd werd er een andere deur geopend. Van wat ik toen zag, ben ik vandaag de dag nog geschokt. Het is één van de moeilijkste dingen om aan herinnerd te worden. We stapten een enorme hal binnen (kamer zou te zwak uitgedrukt zijn.) In deze hal waren wanden met overal reservoirs. In deze reservoirs of vaten bevonden zich wat leek op embryo’s. Toen ik ze van dichtbij bekeek kon ik zien dat ze een kruising waren van de grijzen en de mens.

Ik werd daarna meegenomen naar een kleinere er naast gelegen kamer en daar kwam een ander mensachtig wezen naar ons toe. Ze droeg één van deze hybride baby’s en liet het mij zien. Toen ik naar dit heel kleine wezentje in haar armen keek, vergat ik mijn stress en angst voor een moment. Ik voelde een intense golf van liefde die mij overweldigde.

Na korte tijd werd mij gezegd dat het tijd was om te gaan en dat ik het op een dag zou begrijpen. Ik heb geen herinneringen aan wat er daarna gebeurde. Ik werd wakker op de bank in de tuin, daar waar ze mij vandaan haalden. Nu begreep ik waarom ik niet onderkoeld of ziek was ondanks dat ik ‘buiten’ was voor zo’n twee uur.

Nawoord.

Ik weet dat dit alles krankzinnig klinkt of op zijn minst ongelooflijk, maar het is wat mij en duizenden anderen wereldwijd is overkomen. Ik vraag u niet om mij te geloven noch wil ik er beroemd mee worden of er geld aan verdienen. Als ik dat zou willen zou ik mijn naam wel openbaren, toch? Ik hoop enkel door mijn verhaal te vertellen dat anderen eveneens de moed krijgen hun eigen ervaringen te openbaren.

Alleen tezamen kunnen we een antwoord vinden en alleen tezamen kunnen we een eind maken aan het belachelijk maken van ‘ervaarders.’

‘Peter.’

ONTVOERINGEN