TERUG NAAR ARTIKEL

TESTIMONY OF CAPTAIN BILL UHOUSE, USMC (ret.)

October 2000

Vertaald door Paul Harmans December 2003


GETUIGENVERKLARING VAN KAPITEIN BILL UHOUSE, USMC (gepensioneerd)


(USMC = United States Marine Corps)

Bill Uhouse
Bill Uhouse diende tien jaar bij het Marine Corps als gevechtspiloot en vier jaar als burger bij de luchtmacht op de Wright-Patterson luchtmachtbasis en hield zich daar bezig met testvluchten van exotische experimentele vliegtuigen. Daarna, voor de volgende 30 jaar, werkte hij voor defensieaannemers als ingenieur in antizwaartekracht voortstuwingssystemen, aan vliegsimulatoren voor exotische vliegtuigen en aan echte vliegende schotels. Hij bevestigd dat de eerste schotel die ze testten, een opgelapt buitenaards toestel was dat in 1958 was neergestort bij Kingman, Arizona. Verder getuigt hij dat de buitenaardsen een toestel schonken aan de Amerikaanse regering. Dat toestel werd naar Area-51 gebracht, dat rond die tijd in aanbouw was en de vier buitenaardsen die met het toestel meekwamen, werden overgebracht naar Los Alamos. De specialiteit van Uhouse was de cockpit en de instrumenten daarin, hij begreep het zwaartekrachtsveld en wat ervoor nodig was om mensen te trainen in het ervaren van antizwaartekracht. Hij had verschillende malen een ontmoeting met een buitenaardse, die ook de natuurkundigen en ingenieurs hielp met het opbouwen van het voertuig.

Zijn getuigenis
Ik bracht tien jaar door bij het Marine Corps en werkte daarna vier jaar als burger bij de luchtmacht en deed experimentele testvluchten op toestellen. Ik was piloot bij de overheid en een gevechtspiloot. Ik vocht in de laatste dagen van de tweede wereldoorlog en in de Koreaanse oorlog. Ik verliet het Marine Corps met de rang van kapitein.

Ik ging niet eerder op de vliegsimulatoren werken dan zo ongeveer… wel, het jaar was 1954 in september. Nadat ik uit het Marine Corps was, nam ik een baantje aan bij de luchtmacht op Wright Patterson en deed daar experimentele testvluchten ten behoeve van verschillende modificaties aan vliegtuigen.

Tijdens mijn werk op Wright Patterson werd ik benaderd door een persoon – en ik ga zijn naam niet noemen – die wilde vaststellen of ik op het gebied van nieuwe originele toestellen wilde werken… en dat was een vliegende schotelsimulator. Want wat hadden zij gedaan: zij hadden verscheidene van ons geselecteerd en zij wezen mij toe aan: ‘A-Link Aviation’, wat een simulatorfabrikant was. Op dat tijdstip bouwden die de simulatoren voor wat zij noemden de: C-11B, F-102, B-47, enz. Zij wilden dat wij daarmee eerst ervaring opdeden voordat we aan het werk gingen met de vliegende schotel simulator, waaraan ik daarna zo’n 30 jaar werk spendeerde.

Ik denk niet dat er enige vliegende schotel simulatoren operationeel waren voor de vroege jaren zestig, zo rond 1962 of 1963. De reden waarom ik dat denk is omdat de simulator niet echt functioneerde voor 1958. De simulator die zij gebruikten was bedoeld voor het buitenaardse toestel dat zij al hadden en wat een diameter had van 30 meter, het was neergestort bij Kingman, Arizona in 1952 of 1953. Dat was het eerste dat ze voor testvluchten gebruikten.

Het toestel dat de buitenaardsen aan onze regering – de USA – wilden schenken was een bestuurbaar voertuig. Het landde ongeveer 25 kilometer van wat een luchtmachtbasis moest zijn, maar nu niet meer bestaat. Met dat toestel waren een paar problemen, zoals hoe het op een platte vrachtwagen te krijgen om het naar Area-51 te vervoeren. Zij konden het ook niet via de weg over de dam krijgen, dus moest het per schip over de Colorado rivier en toen verder via route 93 naar Area-51, wat in die tijd net in aanbouw was. Het verschil tussen deze schotel en andere schotels waar zij naar hadden gekeken, was dat deze van een veel eenvoudiger ontwerp was.

Er waren vier buitenaardsen aan boord van dat ding en zij gingen naar Los Alamos om onderzocht te worden. Ze richtten op Los Alamos een speciale ruimte in voor deze jongens en plaatsten beproefde personen erbij, mensen zoals astrofysici en bepaalde wetenschappers om hen te ondervragen. Het verhaal zoals het mij is vertelt, was dat er slechts één van deze buitenaardsen wilde praten met de wetenschappers die zij in het lab hadden geplaatst. De anderen wilden dat niet. Weet je, eerst dachten ze dat het alleen ging met buitenzintuiglijke waarneming of via telepathie, maar dat lijkt mij belachelijk, omdat zij werkelijk konden praten, misschien niet zoals wij doen, maar zij konden spreken en een gesprek voeren. Zoals gezegd, er was er slechts één op Los Alamos die dat wilde.

De simulator en de echte schotel
De schotelsimulator had geen reactor, maar we hadden er wel een ruimte waarin iets stond dat leek op de reactor. Dat werd echter niet gebruikt om de simulator te laten functioneren. Daarvoor gebruikten we zes grote condensatoren die een belasting van een miljoen volts per stuk aan konden, dus in totaal zes miljoen volt. Het waren de grootste condensatoren ooit gebouwd. Ze waren toereikend voor 30 minuten werk, dus je kon in de simulator stappen en werkelijk de bediening hanteren en doen wat je te doen had om de simulator, de schotel, te laten functioneren.

Maar het was niet zo gemakkelijk, omdat we slechts 30 minuten hadden. In de simulator zou het je opvallen dat we geen gordels hadden en dat was hetzelfde als in het originele voertuig, geen gordels. Je had ze niet nodig, omdat wanneer je in een van deze dingen ondersteboven zou vliegen, er geen ondersteboven was zoals in een normaal vliegtuig, je voelt het gewoon niet. Daar is een eenvoudige verklaring voor: je hebt je eigen zwaartekrachtsveld binnen het toestel, dus als je ondersteboven vliegt lijkt het voor jou gewoon rechtop. Ik bedoel, het is echt heel eenvoudig als mensen ernaar zouden kijken.

Ik was ook in het originele buitenaardse voertuig tijdens het opstarten. Er waren geen vensters, de manier waarop we enig zicht hadden was via camera’s of videoachtige apparatuur. Mijn specialiteit was de cockpit en de instrumenten daarin. Ik wist van het zwaartekrachtsveld en wat ervoor nodig was om mensen daarmee ervaring te laten krijgen. Omdat de schotel zijn eigen zwaartekrachtsveld had, werd je de eerste twee minuten onwel en raakte je gedesoriënteerd zodra het actief werd. Het vergde veel tijd om er echt aan gewend te raken. Vanwege de beperkte ruimte was het optillen van je hand al gecompliceerd. Je moest geoefend zijn, geoefend met je geest om te accepteren wat je werkelijk voelde en meemaakte.

Je eigen rondom bewegen was moeilijk, maar na een tijdje raakte je eraan gewend en kon je het wel en was het eenvoudig. Je moest gewoon weten waar alles zat en je moest begrijpen wat er met je lichaam gebeurde. Het is niet anders dan het ondergaan van de g-krachten tijdens het vliegen in een vliegtuig of wanneer je uit een duikvlucht komt. Het is gewoon een heel nieuw spel.

Elke technicus die iets te maken had met het ontwerp, maakte deel uit van de opstartbemanning. We wilden alle apparatuur controleren die we erin gestopt hadden, we wilden zeker weten dat het deed waarvoor het ontworpen was enz.

Ik ben er zeker van dat onze bemanningen deze voertuigen in de ruimte hebben gebracht. Ik moet wel zeggen dat het ongetwijfeld een behoorlijke tijd duurde om voldoende mensen te trainen. Het hele probleem met de schotel is dat het ontwerp en zo, heel precies is. Het kan niet gebruikt worden zoals wij vandaag de dag een vliegtuig gebruiken voor het gooien van bommen en met machinegeweren in de vleugels. Het ontwerp moet zo exact zijn dat je er niets aan kunt toevoegen, het moet precies goed zijn. Er is een groot probleem bij het ontwerpen en waar je dingen kunt plaatsen, bijvoorbeeld ten opzichte van het middelpunt van het toestel en dat soort zaken. Zelfs het feit dat wij het een meter moesten verhogen, zodat ook de langere jongens erin konden, betekende dat het werkelijke voertuig geheel tot in haar originele configuratie moest worden aangepast, maar het moest verhoogd worden.

J-ROD
We hadden ook vergaderingen en uiteindelijk had ik een ontmoeting met een buitenaardse. Ik noemde hem J-ROD, tenminste, dat is zoals zij hem noemden. Ik weet niet of dat zijn echte naam was, maar het was de naam die de taalkundigen hem gaven. Ik maakte een schets van hem voordat ik hem weer verliet na de ontmoeting. Ik gaf die aan sommige mensen, het was een impressie van wat ik zag.

De buitenaardse kwam zoals gebruikelijk samen met (Dr, Edward) Teller binnen en zo nu en dan met sommige van de andere jongens, om eventuele vragen die wij hadden te beantwoorden. Maar je moet weten dat alles specifiek met het onderwerp van de groep te maken moest hebben. Als het niet specifiek was, mocht je er niet over praten. Het was op een basis van enkel weten wat je weten moest. En hij vertelde het. Hij sprak en hij klonk precies als jou. Weet je, hij was als een kleine papagaai, maar hij probeerde het en beantwoorde je vraag. Meestal had hij het moeilijk om het te begrijpen, omdat wanneer je het niet op papier zette en het niet goed uitlegde, hij in de helft van de gevallen geen goed antwoord kon geven.

De voorbereiding die wij deden voordat we deze buitenaardse ontmoette was voornamelijk het doorlopen van alle verschillende nationaliteiten in de wereld. Toen moesten we naar de andere vormen van leven kijken zoals de dieren en dat soort dingen. En toen… deze J-ROD. Zijn huid was rozeachtig, maar een beetje ruw. Niet afzichtelijk om te zien… tenminste, voor mij zag hij er niet afzichtelijk uit.

Sommige jongens die bij hetzelfde onderdeel als ik zaten haalden het niet. Er werden je psychologische vragen gesteld en ik beantwoordde die zoals ik het voelde en ik had geen probleem. Dat is wat zij wilde weten, of je van je stuk te brengen was, maar ik had er geen moeite mee. Het was geen bezwaar voor mij.

Dus, de buitenaardse gaf voornamelijk constructieadviezen en wetenschappelijke kennis. Bijvoorbeeld: ik voerde de berekeningen uit, maar had meer hulp nodig, ik sprak over een boek dat… nou ja het is geen boek, het is een grote verzameling van verschillende secties die gaan over zwaartekracht technologie en de hoofdcomponenten staan erin, maar niet alle informatie was er. Zelfs onze hoofdwiskundigen konden sommige zaken erin niet begrijpen, dus moest de buitenaardse assisteren.

Soms belandde je in een situatie waarin je maar bleef proberen en proberen, maar het niet wilde werken en dan werd hij erbij gehaald. Ze vertelden hem dat hij ernaar moest kijken en zeggen wat wij verkeerd deden.

Conclusies, gedachten en overwegingen
Gedurende de laatste 40 jaar of zo - en nu tel ik niet de simulatoren mee, ik heb het nu over de werkelijke voertuigen – bouwden we misschien wel twee of drie dozijn van deze voertuigen van verschillende grootte.

Ik weet niet zo veel van de andere buitenaardse voertuigen die ze hierheen brachten. Ik weet van dat ene voertuig dat van Kingman kwam en dat is het. Ik weet welk bedrijf het daarvandaan vervoerde en dat nu nog hier is, maar… maar er is er nog één die werkt op bepaalde chemicaliën.

Ik denk dat die driehoeken die mensen zien, twee of drie 30 meter voertuigen zijn, die in het midden van de driehoek zitten. En de buitenste rand… nou ja, je kunt er alles aan maken wat je wilt, zolang de originele voertuigen maar voldoen aan de ontwerpcriteria zullen ze werken.

Weet je, er zijn bepaalde redenen voor de geheimhouding. Ik begrijp dat en er is geen verschil met de eerste atoombom die ze bouwden. Maar zij liggen nu zo ver voorop wat betreft het ontwerpen van vliegtuigen en zoals ik al eerder vertelde, zo rond 2003 zal het meeste van dit soort spul wel openbaar zijn. Misschien niet op de manier waarop iedereen het verwacht, maar op een bepaalde wijze waarover zij beslissen… geschikt om het iedereen te laten zien, je weet wel een grote verrassing.

De reden waarom ik dit zeg is vanwege een document dat ik tekende en dat afloopt in 2003 en ik ben niet de enige die zoiets ondertekende.

O ja, dat zwaartekrachthandboek, als je er ooit een exemplaar of documenten van in handen krijgt, dan zul je zeer gelukkig zijn, dan weet je alles.

TERUG NAAR ARTIKEL