EEN ONTMOETING IN WALES Door: Sacha UFODATA 2 maart/april 2006 Vertaling: Paul Harmans juni 2006 met toestemming van Russel Callaghan
Het was 4 oktober 1996. Ik was, tezamen met mijn vijf jaar oude zoon Louis en mijn partner Steve, naar Glyn Cyriog in Wales gegaan. Steve’s zus Danya, haar zoon Joseph en hun oom John waren er ook bij. We hadden voor het weekend een vakantiehuisje gehuurd. We arriveerden daar vrij laat en in de eerste uren van ons verblijf begon het al donker te worden. Mijn eigen interesse in UFO’s was gelijk aan dat van vele anderen, ik keek wanneer ik daar de tijd voor had naar de hemel. Ik had een aantal jaren hiervoor als kind een UFO gezien en ik had zelfs in graancirkels gespeeld, maar in het dorp waarin ik opgroeide leek niemand echt in dergelijke zaken geïnteresseerd te zijn en men sprak niet over het onderwerp.
Afijn, terug naar het vakantiehuisje. Ik kan mij niet exact de tijden herinneren waarop de volgende gebeurtenissen plaatsvonden, maar het was oktober 1996 en in die tijd van het jaar wordt het dan al vrij vroeg donker. Ik was naar boven gegaan om de koffers uit te pakken en had mij voorgenomen daarna een ontspannen bad te nemen om de vermoeidheid van onze lange rit naar Wales weg te spoelen. Ik kon de kinderen beneden horen en toen begon Steve opeens mijn naam te roepen, het klonk dringend, misschien had een van de kinderen zich bezeerd. Ik hoorde schreeuwen dus snelde ik naar beneden om vervolgens te ontdekken dat ze slechts aan het spelen waren. Ik herinner mij dat ik wat geïrriteerd was, ik was vermoeid na de lange reis naar het vakantiehuisje, maar ik was ook opgelucht dat alles in orde was met ze. Ik vond Steve staand in de tuin en ik vroeg hem waarom hij naar mij schreeuwde. Hij gebaarde naar de donkere hemel: “Kijk daar eens naar,” zei hij en wees naar de wolken in de verte. Ik keek, maar kon niets zien. Hij hield vol dat hij iets gezien had, dus stond ik een tijdje naast hem en trachtte mij te concentreren op waar het moest zijn. Het was donker en bewolkt en het leek erop dat ik het gemist had. Uiteindelijk zag ik echter een lichte flikkering. Het zat een heel eind weg, ik ben er niet zeker van hoever, maar het moet een aantal mijl geweest zijn voor zover ik mij herinner. Toen mijn ogen eenmaal aan het donker gewend waren, was ik in staat om het object in de verte te blijven volgen en ik had verder geen moeilijkheden om het te zien. Het verscheen als een grijswit licht, dat net boven de wolken flikkerde. Het kwam iets dichter naar ons toe en terwijl het dat deed werd ook de vorm ervan duidelijker. We konden zien dat het geen gewoon vliegtuig was of een ster en er zat een gelijkmatig patroon in de wijze waarop het oplichtte. Toch was het nog te ver weg om duidelijk te kunnen stellen dat het iets was dat niet te verklaren viel. Toen gebeurde er iets. Het maakte snelheid, maar het vloog op een zigzag wijze, alsof het een vallei of rivier volgde. Het bewoog niet echt snel, maar het kwam wel onze richting uit en het duurde ongeveer tien minuten voordat het ons bereikte. Anders dan in de verhalen van andere getuigen, waarin ze vertellen dat het object plotseling verscheen, vloog dit ding werkelijk naar ons toe en wij keken ernaar terwijl dat gebeurde. Tegen die tijd was iedereen buiten en waren we behoorlijk opgewonden. We voelden beslist geen angst, we waren eerder opgewekt, op de een of andere wijze was dit iets waar ik sinds mijn kindertijd, toen ik mijn waarneming deed, op had gewacht. Ik was blij, dit was een echte close encounter met iets fantastisch en het werd al snel duidelijk dat het een ontmoeting was met iets dat niet van deze aarde was. Ik herinner mij dat Steve in alle opwinding onze oppas thuis belde, om hem te vertellen wat er gebeurde, maar hij was niet thuis. We lieten een boodschap achter op het antwoordapparaat. Die hoorden we later toen we weer thuis waren ook en je kunt ons allemaal horen schreeuwen en roepen: “Wat is dat nou?”… “Wat gebeurt er?”… en “O mijn God!” Tegen die tijd was het object (en we konden zien dat het een of ander voertuig was) recht boven ons. Het moet zeker een diameter hebben gehad van tussen de 25 en 30 meter. Het had een licht in het middelpunt en een licht aan de rand dat ronddraaide. Er waren ook lijnen van licht die in een ronddraaiende beweging bewogen, het leek een beetje op de onderkant van een champignon. Het herinnerde mij aan een kwal in neonkleuren. Vanwege de wisselende dichtheid van de wolken leek het te rimpelen, maar ik besefte dat het een effect van de lichten op de wolken was. Wij waren inmiddels naar een kleine heuvel gelopen welke iets hoger gelegen was en ons een beter zicht gaf. De heuvel was afgezet met een haag. Er gebeurde niets bijzonders (tenminste als je het staren naar een vliegende schotel van 30 meter middellijn niet bijzonder kunt noemen), we stonden daar en keken hoe het ronddraaide. Toen trok iets mijn belangstelling en ik keek om en keek achter onze groep. Ik zag een tweede voertuig, veel kleiner en veel dichter bij de grond. Het was omhuld in een of andere nevel dus ik kon niet echt de details waarnemen. Het flitste met een grijswit licht, net zoals het hoofdvoertuig dat eerder deed, misschien eens in de seconde, het pulseerde. Ik herinner mij dat ik zei: “Oh kijk, daar is er nog één,” waarop iedereen omkeek en zei: “O ja,” en men zich prompt omdraaide en doorging met het bekijken van het grote voertuig boven ons hoofd. Er was geen angst onder ons, niemand dacht: “Oh mijn God, we zijn omsingeld!,” niets van dat alles, het leek alsof dergelijke gedachten niet tot ons brein doordrongen. Toen begon mijn vijfjarige zoon Louis aan mijn pull-over te trekken, behoorlijk heftig zelfs. Ik keek naar hem en zijn gezicht was asgrauw en zijn ogen stonden wijdopen… ik bedoel echt wijdopen. Hij zei: “Mamma, er kwam zojuist een hand door de heg en die raakte mijn voet aan, ik zag het echt, het is geen fantasie.” Ondanks dat hij slechts vijf was, was het onder de gegeven omstandigheden niet moeilijk hem te geloven. Ik zei tegen Steve: “Kom op, laten we de kinderen naar binnen brengen, ze raken van streek door dit gebeuren, Louis is al behoorlijk opgewonden.” Ik vertelde Louis, ondanks dat ik hem geloofde, dat er niets was om zich zorgen over te maken, ik verzekerde de kinderen dat alles in orde was en dat de lichten alleen maar reflecties op de wolken waren van de tractor van een boer. Ik denk niet dat ze ons ook maar voor een seconde geloofden, maar we wisten niet wat we anders moesten zeggen. We gingen allemaal naar binnen, ondanks dat de objecten nog steeds te zien waren. Kun je dat begrijpen? Zes afzonderlijke personen in het midden van een fascinerende UFO-waarneming en wij knepen ertussenuit en gingen naar binnen. John, het oudste lid van ons gezelschap, was opmerkelijk niet onder de indruk en beweerde dat het het Noorderlicht was. John en Danya gingen gemakkelijk zitten om televisie te kijken en John pakte zijn whisky op. Ik kan mij niet exact herinneren wat er daarna gebeurde, maar ik moet iets gezegd hebben dat Danya kwaad maakte, omdat ze tegen mij begon te schreeuwen (grote pret altijd, dergelijke familie-uitjes) en de kamer verliet waarbij ze de deur achter zich dichtsloeg. De twee jongens gingen de speelkamer van het huisje in en Steve ging zich wat opfrissen. Ik kon het niet geloven. Hier zaten we in Wales, met twee verdomde UFO’s daarbuiten en iedereen gedroeg zich alsof niets van dat alles plaatsvond. Ik stond daar in een staat van uiterste verbazing. Tot op de dag van vandaag heb ik geen idee wat mij ertoe bracht om te doen wat ik daarna deed, ik besloot in mijn eentje naar buiten te gaan. Ik liep de achtertuin in, naar de plek waar we met zijn allen naar de grote UFO hadden staan kijken. Om de een of andere reden was het tweede voertuig compleet uit mijn geheugen verdwenen. Ik herinner mij, terwijl ik daar stond, dat ik tegen hen begon te praten. Ik zei tegen hen… het… “Nou.” En vervolgens in mijn gedachten: “Wat ben je nu van plan te gaan doen? Waar is dat indrukwekkende vertoon van lichten goed voor?” Ik daagde hen/het min of meer uit. Ik heb geen idee hoelang ik daar heb gestaan, verscheidene minuten, toen ik ritselende voetstappen achter mij hoorde. De grond was hard samengepakt, het klonk bijna hol. Wat ik hoorde was twee voeten die renden (het deed mij denken aan mijn zoon die door de kamer rende). Iets greep de achterkant van mijn pull-over terwijl het voorbij rende en trok eraan. Het is uitgesloten dat een dier van een boerderij zo dichtbij zou zijn gekomen en zo snel zou rennen en zeker niet op twee voeten. Vanaf dat punt herinner ik mij niets meer, behalve dat ik in blinde paniek wegrende. Ik herinner mij wel dat ik twee stappen tegelijk deed en dat ik mij later pas realiseerde hoever ik van het huis weg was. Ik denk dat ik mij dat wel kan herinneren omdat het een punt van gevaar was, het was noodzakelijk dat ik aan mijn passen moest denken en niet zou struikelen. Ik was in blinde paniek, ik schoot de keuken in en stond daar als een krankzinnige tegen Steve te wauwelen. Hij wilde gaan kijken, maar ik wilde hem niet laten gaan. Ik herinner mij dat hij zei: “Je bent niet zo heel lang buiten geweest.” Dat moest ik toegeven, maar het hielp niets. Ik beefde en was wild van angst. De omvang van wat ik had gedaan drong tot mij door, ik kon niet geloven dat ik zo stom was geweest om in mijn eentje naar buiten te gaan en er pal onder te gaan staan. Ik herinner mij dat ik dacht: “Stom, stom, stom,” telkens maar weer. Ik liet Steve alle gordijnen dicht doen en de deuren op slot. Dat was mijn enige verdediging. We stopten de kinderen in bed en ik zat in het midden van ons bed, bevend. Ik wilde niet alleen gelaten worden en ik zou zeker niet alleen naar de wc gaan. Danya en John keken volgens mij nog steeds televisie, maar ik weet niet zeker meer of ze dat ook werkelijk deden. Ik had een zenuwinzinking en wilde in de slaapkamer blijven. Ik weet niet eens hoe laat het was, maar iedereen had allang moe moeten zijn en in bed moeten liggen. Het was niet lang nadat ik mijn paniekaanval had gehad, misschien een uur later, dat ik iets bedacht waar ik mij later altijd zorgen over maakte. Waarom ging iedereen, bijna achteloos naar bed terwijl de UFO’s nog steeds daarbuiten waren? Moeilijk te geloven, dat weet ik, maar de twee voertuigen waren er nog steeds. De volgende dag overwogen we alle mogelijkheden, van de bespottelijke tot de sublieme. We ondernamen allemaal een lange wandeling naar de top van de dichtstbijzijnde heuvel om te kijken of er iets te zien was. Niets, alleen maar heuvels en valleien. We keken op de kaart waar de dichtstbijzijnde stad lag, in de hoop dat er een nachtclub was met een spectaculaire lasershow op het dak. Maar er was niets binnen een straal van 29 kilometer, de dichtstbijzijnde stad was Wrexham. De rest van het weekend was een totale ramp. John dronk het hele weekend door en was twistziek en Danya gilde om elk klein voorval, een hysterisch wrak. Ze gedroeg zich op een gegeven moment zo ernstig dat ik dreigde haar te slaan als ze niet zou ophouden en ik meende het. Ik was over deze hele zaak bezorgd en dat is nog zacht uitgedrukt en Steve was erdoor verstrooid geraakt. Het werd zo erg dat we een taxi belden en er de volgende morgen om vier uur tussenuit knepen en naar Wrexham reden om daar de bus naar huis te pakken. Ik verlangde er absoluut niet naar om op de terugweg naar Leeds met hen allemaal in de auto te zitten. Het was vreselijk en ik kon maar niet ophouden met huilen. Mijn zoon Louis was zeer stil, niet zoals hij zich gewoonlijk gedroeg. Toen we thuis waren werden de zaken er niet beter op. Ik moest met de lichten aan slapen. Ik kon niet zomaar een donkere kamer binnenlopen, ik moest de deur dan eerst snel opengooien om te controleren of er niemand achter stond en als dat zo geweest zou zijn, dan denk ik dat ik hem zo naar het midden van de volgende week had geslagen, nog voordat ik het licht had aangedaan. Ik herinner mij dat ik de trappen op begon te rennen en als ik mij dan realiseerde dat het licht op de overloop niet brandde, dan rende ik terug en knipte dat eerst aan voordat ik weer naar boven ging. Het nam negen jaar van mijn leven eer ik de gebeurtenissen van dat weekend in Wales met anderen durfde te bespreken en het was pas in juni 2005 dat ik er echt openlijk over kon praten. Ik heb regressie overwogen, maar ik ben niet bereid mijzelf over te geven aan iemand die graag bekend staat als regressietherapeut voor ontvoerden. Ik wil hun carrière niet ondersteunen, ik wil alleen weten wat er met mij en mijn familie gebeurde in die oktobernacht in Wales. Ik heb een groot gevecht met mijn leven gehad sinds die gebeurtenis en ik begin mij er nu serieus bij neer te leggen. Sinds die tijd ben ik nooit teruggegaan naar Wales. Ik ga daar hopelijk later in dit jaar wel naartoe, naar de feitelijke plek waar de ontmoeting plaatsvond. Ik ga samen met vrienden en we hopen er foto’s van de omgeving te nemen en de hele reis te filmen. Ik wil zien hoe ik daar op reageer, ik wil proberen te achterhalen en mij te herinneren wat er toen allemaal gebeurde. Nadat ik het onderwerp heb bestudeerd en gesproken heb met John Hanson, Dennette France en speciaal met Jason en Anne Andrews, weet ik dat deze UFO’s en de inzittenden waar wij in oktober 1996 een ontmoeting mee hadden, niet zomaar wegvliegen en ons achterlaten. Ik ben er zeker van dat zowel mijn zoon als ik fysiek zijn aangeraakt door wezens uit het voertuig, wezens van een andere wereld. Wezens die zo vergevorderd zijn dat ze ons pijn hadden kunnen doen, ons hadden kunnen meenemen, in feite alles met ons hadden kunnen doen.
Waren zij selectief in hoe de leden van ons gezelschap moesten reageren op de ontmoeting? Konden zij op de een of andere manier het gedachteproces in iedere waarnemer beheersen en die allemaal anders laten reageren? Was ik uitgekozen als hun contactpersoon voor die nacht? Laat ik het maar onder ogen zien, alle anderen liepen weg van de waarneming en niemand anders was in het tweede voertuig geïnteresseerd dat ik achter ons zag. Was dat tweede voertuig bepalend voor de gebeurtenissen? Houdt in gedachten dat de anderen binnen bleven terwijl er twee UFO’s buiten het vakantiehuisje waren. Ze waren zo dichtbij ons dat we allemaal exact wisten waar we naar keken, maar zelfs toen drong de omvang van de gebeurtenissen niet door tot de anderen van het gezelschap, alleen ik leek mij bewust te zijn van de werkelijkheid van dat alles. Wat doe je als je een ontmoeting hebt met twee hele echte, zeer grote en dichtbij zijnde UFO’s in een afgelegen gebied in Wales, naar bed gaan? Het zou kunnen dat dat nu precies was wat de ongeïdentificeerde bezoekers wilden dat er zou gebeuren. Ik weet niet of iemand van ons gezelschap ontvoerd is, ik heb daar geen herinneringen aan. Ik heb echter een hele rij psychologische problemen en zeer typische veranderingen in gedrag, die gelijk zijn aan wat sommige ontvoeringsrapporten melden. Ik hergebruik alles, zelfs het groenteafval, ik ben een spiritualist nu en ik heb een gevoel van erbij horen en heb een geloof zoals ik nooit heb gehad. Ik ben afgestapt van het haten van buitenaardsen en ik ben weer in staat om naar ‘Close Encounters’ te kijken of iets anders waarbij UFO’s betrokken zijn. Ik voel liefde voor hen en ik lees en kijk naar alles wat ik te pakken kan krijgen over de verschillende aspecten van het onderwerp. Wat heeft deze verandering in gang gezet? Ik heb geen idee. Is het omdat ik hen heb leren kennen en van ze ben gaan houden, of gebruiken zij een techniek die gedachten en herinneringen in je plaatst, waarvan zij willen dat je die ervaart. Nemen ze je niet fysiek mee, maar zoals Jason Andrews veronderstelde tijdens een lezing van hem en zijn moeder op de Great British UFO Show in Leeds afgelopen oktober, nemen ze je astraal mee? Of vliegen ze simpel weg en laten ze ons gewoon achter? Op de een of andere manier geloof ik niet dat dat zo is.
Helaas heb ik geen contact meer met de personen die erbij betrokken waren. Het zal wellicht niet onmogelijk zijn om mijn voormalige partner Steve op te sporen, al kan ik niet met zekerheid zeggen dat hij bereid is om zijn verhaal te vertellen. Het heeft zijn sporen op ons allemaal nagelaten. Onze verhouding hield na die gebeurtenis helaas niet lang stand. Nawoord
UFODATA Ik vind de herinneringen van Sacha zeer realistisch en ik kan de gebeurtenissen ook in verband brengen met een ander, zeer ‘in het nieuws’ geval. Larry Warren ligt onder kritiek van gedreven sceptici en onderzoekers naar het beroemde Rendlesham Forest incident tijdens kerst 1980, maar wat Larry zich herinnert, dat hij een klein object zag, omhult met nevel en bijna op de grond en zijn herinneringen aan kleine, menselijk uitziende wezens die bij dit object stonden, heeft veel gelijkenis met de ontmoeting van Sacha. Zelfs het feit dat de andere getuigen in Wales niet de ervaring hadden dat er naar een voet werd gegrepen of het hadden gezien en dat ze nadat ze de waarneming hadden gedaan er verder geen belangstelling voor hadden, lijkt op wat Larry Warren meemaakte. Niemand anders herinnert zich wezens gezien te hebben of zelfs dat ze Larry op de plek van de waarneming hebben gezien, kan het dezelfde soort van selectief geheugen zijn dat de waarnemer wordt toegestaan zich te herinneren, gecontroleerd door de inzittenden van deze wonderlijke machines die we UFO’s noemen? UFODATA beseft hoeveel moed er nodig is om in de openbaarheid te komen met beweringen als deze. Maar wat er ook op die herfstavond gebeurde, het heeft een langdurige indruk achtergelaten op Sacha en haar zoon. Ik neem aan dat de anderen die bij deze gebeurtenissen waren betrokken een aantal flashbacks zullen hebben gehad over wat ze werkelijk zagen die nacht en zelfs als uit angst de gebeurtenissen diep in hun geheugen zijn verstopt, dan zullen er zeker momenten komen, als er een licht flitst of een vreemd geluid klinkt, dat die herinneringen aan oktober 1996 weer naar boven komen. Sacha wil haar ervaringen graag met anderen delen en ze is bereikbaar via UFODATA, mail dan naar info@ufodata.co.uk
Informatie boek Jason Andrews: Ontvoerd! Getuigenis Larry Warren op ufowijzer: Larry Warren Disclosure Project |