PRINTBARE VERSIE

EAST FIELD TARWE FORMATIE VAN 07-07-‘07: LAB ANALYSE

© 2007 door Linda Moulton Howe

Vertaling: Paul Harmans

Bron: www.earthfiles.com


“Ik heb deze tweevoudige ontkieming nooit eerder gezien. Dit is volledig afwijkend. Deze twee volledig verschillende mate van groeisnelheid van de zaadmonsters van het East Field duiden erop dat er twee totaal verschillende typen energie het veld raakten op vrijwel hetzelfde moment.”

W. C. Levengood, Biofysicus


Een omvangrijk patroon van cirkels in de tarwe van het East Field, Alton Priors, Wiltshire, Engeland.
Het patroon is zo’n 340 meter lang en 165 meter breed, met 150 cirkels in een zeer apart ontwerp.
Luchtfoto © 2007 Lucy Pringle.

4 oktober 2007 Grass Lake, Michigan – De meest bijzondere graanformatie van 2007 werd op zaterdag 7 juli rond 03:20 ’s morgens door drie mensen die op de uitkijk zaten ontdekt in het East Field bij Alton Priors, Wiltshire, Engeland. Eén van hen was de onderzoeker en fotograaf Winston Keech, die zijn videocamera’s op het East Field gericht had staan en welke beschikten over de functies nachtzicht en infrarood. De andere twee getuigen waren Gary King en zijn vriendin Paula Presdee-Jones uit Cardiff, Wales. In juli interviewde ik Gary King betreffende het feit dat om ongeveer 03:08 ’s morgens, zij alle drie een grote lichtflits boven het East Field waarnamen. Eén van de infrarood-camera’s van Winston Keech ving de flits ook op, net voordat de videotape in de camera vol was.

Terje Toftenes, videoproducer en directeur van een productiebedrijf in Noorwegen, bezocht Winston Keech om de videobeelden te verbeteren en te analyseren. Alle vier presenteerden ze op 19 juli 2007 het bewijs op een persconferentie in Alton Barnes, Wiltshire. Op deze persconferentie werden ook de videobeelden van Winston Keech getoond waarop is te zien dat er om 01:35 geen graanformatie in het East Field ligt. Maar na de lichtflits, 90 minuten later, kijkt Winston om ongeveer 03:20 door zijn lichtgevoelige camera en kunnen hij en de anderen, schaduwen in het East Field zien die er kort daarvoor nog niet waren. Nadat de zon rond 04:00 is opgekomen ligt de verbazingwekkende East Field formatie duidelijk zichtbaar in het veld, bestaande uit zo’n 150 cirkels en met een lengte van 340 meter, in een patroon dat niemand ooit eerder heeft gezien.

Ik sprak ook met Charles Mallet, de eigenaar van het Silent Circle Café nabij Cherhill, Wiltshire, over het verzamelen van tarwe- en grondmonsters, zodat biofysicus W. C. Levengood ze kon analyseren in zijn laboratorium in Michigan. Sinds de vroege jaren negentig heeft Levengood meer dan driehonderd graancirkels, gevonden in Engeland, Nederland, Canada, de Verenigde Staten en andere delen van de wereld, onderzocht.

Hij en ik spraken over Gary’s en Paula’s beschrijving toen zij op 7 juli om ongeveer 04:00 ’s ochtends voor de eerste keer het patroon in het East Field betraden. Gary vertelde dat het voelde en klonk alsof ze op kristallen stapten die kraakten onder hun voeten. Verder verwachtte ik dat Levengood hoge concentraties magnetiet in de grond van de formatie zou aantreffen, zoals we dat ook in enkele andere formaties hadden aangetroffen.

Maar de laboratoriumresultaten zijn net zo verrassend als de heldere lichtflits en de grote formatie voor de drie getuigen was.

 

INTERVIEW:

W. C. Levengood, Pinelandia Biophysical Laboratory, Grass Lake, Michigan: Deze formatie was een zeer raadselachtige, omdat ik nooit iets dergelijks eerder heb gezien, iets dat geen consistent pad volgt. Bijvoorbeeld, op de eerste pagina van mijn rapport, zie je een tabel waarin ik de significant gewijzigde knooplengtes van de controleplanten weergeef die afkomstig zijn van verschillende kwadranten van het veld.


Pagina 1, Onderzoeksrapport van het Pinelandia Biophysical Laboratory,
12 augustus 2007 door: W. C. Levengood.


Uitsnede van pag 1 van het rapport, dit geeft de knoopverlenging aan

Eén van de karakteristieken van tarwe is, dat het zeer uniform groeit en dat je op controlemonsters kunt vertrouwen, ze geven je een idee van wat er in het veld gebeurde. Maar in het East Field lukte dat niet. In het noordwestelijke kwadrant lieten de monsters die Charles Mallett daar nam, een statistische en significante knoopverlenging zien en een vermindering van de ontwikkelingsfactor van de zaailingen. In principe zou geen van de controlemonsters afkomstig uit het noordwestelijke en het zuidoostelijke kwadrant onderling enig significant verschil moeten tonen, en toch waren de controleplanten die in deze delen van het veld (buiten de formatie) waren verzameld duidelijk aangetast.

Linda Moulton Howe: Dus dat suggereert dat de energie die het East Field raakte, zo krachtig was dat het buiten de grenzen van de formatie kwam en het hele veld beïnvloedde?

W. C. Levengood: Oh, zeer zeker. Het beïnvloedde het gehele veld. In feite kun je zeggen dat er geen manier meer was om echte controlemonsters vanuit het East Field te nemen. Het was overal zo grondig aangetast door de energiestoot.

 

Microgolven en ion elektron golven

W. C. Levengood: In de meeste graanformaties bestaat de overheersende energie uit microgolven. In laboratoriumproeven van lang geleden vonden we dat de veldsterkte in orde van grootte was van 35.000 volt per centimeter, dat de zaden groter waren en dat de daaruit volgende groei van de zaailingen behoorlijk verminderde. Dat is wat er ook hier in geval van de tarwe van het East Field gebeurde.

Ik denk echter dat bij deze formatie de ion elektron golven overheersten ten opzichte van de microgolfenergieën. Het is een grote aannemelijkheid dat de ion elektron golven verantwoordelijk waren voor de heldere lichtflits toen de formatie verscheen (rond 03:20 op 7 juli 2007).

Een aantal jaren geleden ging John Burke naar Engeland en onderzocht graancirkels met een elektrostatische voltmeter en vond kortstondig opgewekte elektrostatische ladingen in de kort daarvoor gevormde graancirkels. Deze verdwenen binnen korte tijd vrij snel.

Een zeer hoge elektrostatische lading in de planten kan heel gemakkelijk het geluid verklaren zoals zij het verklaarden, was het popcorn?

Linda Moulton Howe: Oh, dat de planten gekristalliseerd leken nadat de ooggetuigen naar beneden naar het veld kwamen.

W. C. Levengood: Dat is exact wat je zult aantreffen als er kleine ontladingen tussen de planten en de grond zijn of tussen de planten onderling. Je kunt dan een knisperend geluid als van brekend glas horen.

Linda Moulton Howe: Het is dus zo dat hun voeten in wisselwerking stonden met elektrostatische spanningen?

W. C. Levengood: Dat is juist.

Linda Moulton Howe: De heldere lichtflits die de drieooggetuigen zagen was een plasmaontlading in de atmosfeer?

W. C. Levengood: Juist. Wanneer je veldsterktes krijgt van die hoogte – meer dan 30.000 volt per centimeter – dan kun je elektronen uit hun buitenste baan van luchtmoleculen stoten, uit atomen van bijvoorbeeld zuurstof, stikstof en zo meer. Nadat de energie is gepasseerd en de onstabiele ionen terugvallen naar normale energie, dan kunnen ze fotonen afgeven of zelfs een ultra violette energie.

Linda Moulton Howe: Wat dan te zien is als een helder licht. Maar wat is de oorzaak van de energiestoot van 30.000 volt per centimeter in de lucht?

W. C. Levengood: Dat is slechts een druppel in een emmer water als je het vergelijkt met een onweersstorm.

Linda Moulton Howe: Oké, maar we praten over een energie die verantwoordelijk is voor graancirkels en wat voor ons allemaal een raadsel is, is de bron van die energie.

W. C. Levengood: Het is mogelijk een plasma vanuit de ionosfeer.

Linda Moulton Howe: En dat kan gericht gebruikt worden door een intelligentie?

W. C. Levengood: Dat zou kunnen, of misschien ook niet. (Lacht) Ik weet niet hoe plasma’s dit allemaal kunnen doen zonder gestuurd te worden.

Linda Moulton Howe: Door intelligentie. Het is allemaal zo complex dat het erop lijkt dat een intelligentie een plasma-effect gebruikt om een graancirkel te creëren?

W. C. Levengood: Ja.

 

Dubbele klokvormige curven bij de test van de ontkieming
van de zaailingen uit het East Field



Een eenvoudige, tweevoudige verdeling, in dit geval een mengsel van twee normale verdelingen met dezelfde afwijking, maar verschillende betekenis.

Toen biofysicus Levengood de zaden bestudeerde, afkomstig uit de formatie in het East Field en de controlemonsters, welke waren verzameld door Charles Mallet en die ik had verstuurd naar het laboratorium in Michigan, zat hij met de meest afwijkende ontkiempatronen die hij ooit had gezien. De eerste stap in zijn laboratoriumwerk is het verzamelen van 30 zaden uit elke bundel plantmonsters en elke bundel controlemonsters. Deze zaden plaatst hij vervolgens op een rechte lijn over het ontkiempapier en rolt het papier dan op en plaatst dat in een donkere ontkiemkamer met gecontroleerde temperatuur. Normaal vindt hij binnen drie dagen de eerste zaailingen en kan hij de eerste maten nemen.


Voorbeeld van een normale zaadontkieming als het ontkiempapier in het Pinelandia Biophysical Laboratorium na drie dagen wordt uitgerold.
Foto © 2001 by W. C. Levengood.

Maar bij de zaden van het East Field was er, nadat het papier na drie dagen werd uitgerold, niets te meten. Er was geen enkele ontkieming in de zaden. Hij plaatste de ontkiempapieren weer in de ontkiemkamer en wachtte tot dag vijf. Maar er was nog steeds geen ontkieming, dus ging hij door naar dag zeven. Toen was niets normaal. Er waren enkel een paar zaden die tot 50% ontkieming waren gekomen en enkele waren rond de 10% ontkiemd.

Levengood besloot om door te gaan tot dag veertien en zette de rollen ontkiempapier in normaal zonlicht. Op dag veertien leken al de zaailingen er goed uit te zien, alsof er iets was gebeurd. Levengood mat de lengtes van de uitgeschoten plantjes. Sommige, die slechts op dag zeven een ontkieming hadden van 20 tot 30%, waren nu opgegroeid tot 80 en zelfs 97% - de hoogste – welke een normale ontwikkeling voor tarwezaden is. Maar het is wel de lengte die de zaailingen na een week zouden moeten hebben, niet na veertien dagen.

Verder bleek monster nummer 10 van het East Field - wat eerder de laagste ontkieming had – in lengte was toegenomen van 10% ontkieming op dag zeven tot 90% ontkieming op dag veertien. Biofysicus Levengood onderzoekt zaadontkieming en groei en archiveert patenten voor het versnellen van zaadontkieming en groei al sinds zijn eerste onderzoeksdagen op de universiteit van Michigan, een halve eeuw geleden. In al zijn decennialange onderzoeken heeft hij nog nooit dergelijke afwijkingen gevonden zoals nu in de zaden van het 2007 East Field.

W. C. Levengood: Ik heb deze tweevoudige ontkieming nooit eerder gezien. Dit is totaal afwijkend.

Linda Moulton Howe: Wat is uw hypothese die dat kan verklaren?

W. C. Levengood: Deze twee totaal verschillende populaties van groeisnelheden in de zaadmonsters afkomstig van het East Field, geven aan dat er twee geheel verschillende types van energie het veld raakten en ook tegelijkertijd. Dat produceert wat we noemen tweevoudige verdelingen in de planten. Dat zie je maar heel zelden. Als je een normaal kolommendiagram neemt waarin je van een groep mensen de lichaamslengte zet en je wilt in kaart brengen hoeveel mensen een lengte hebben van 1,20 tot 1,30m en hoeveel van 1,30 tot 1,40m en zo verder, en je zet de aantallen van elke groep weer in een staafdiagram, dan krijg je wat wordt genoemd een normale verdeling of een klokvormige curve. De piek, of het midden van de klokvorm is dan het gemiddelde, oftewel de meeste mensen, terwijl de buitenste staven de kortste en de langste aangeven.

Om nu een dubbele klokvorm te krijgen moet er iets heel verschillends gaande zijn in de twee populaties. Een analogie die we kunnen maken is door naar een kraamafdeling te gaan en daar de lengte van alle mensen te nemen, zowel van de dokters, de verpleegsters als de baby’s. Je krijgt dan twee totaal verschillende lengtes. Je krijgt een klokvormige curve van de kleine mensen en één van de grote mensen. Oké, je zet die in een diagram en je krijgt twee klokvormen. In dit voorbeeld weten we echter wat de oorzaak is, de mensen werden op totaal van elkaar verschillende tijdstippen geboren, maar de zaden zijn allemaal van dezelfde tijd.

Er zijn twee belangrijke energieën die de plant beïnvloeden, in de meeste gevallen is het de microgolfenergie die overheerst. Dat is de energie die de expulsiegaatjes veroorzaakt, doordat het de knopen van binnenuit verhit en doet uitzetten. Je kunt dat nooit voor elkaar krijgen met een normale verhitting van buitenaf.

Dan is er een andere component genaamd ion elektron golven, welke op grote schaal de groei en kiemkracht van de zaden kunnen aantasten. Maar met ion elektron golven is het van belang dat zoiets veel aantasting geeft omdat het gaat van lage energie ion elektron golven tot hoge energie.

Vanuit mijn laboratoriumstudies hebben John Burke en ik patent op het produceren van ion elektron golven om de groei van zaden te versnellen. Maar wat we ontdekt hebben, is dat wanneer je gaat naar het bereik van meer dan 30.000 volt per centimeter, je de ontkiemkracht van de zaden reduceert en daarmee ook de groeikracht van de zaailingen. In andere woorden, het brengt schade aan. Maar via de lage kant van de golven kun je feitelijk de groei bevorderen. We hebben dat ook gezien in graancirkels.

Linda Moulton Howe: Dus de uitbarsting van licht die de drie ooggetuigen boven het East Field zagen, kan mogelijk het vrijkomen zijn geweest van licht van plasma’s terwijl de ionengolven in wisselwerking met de tarwe stonden?

W. C. Levengood: Exact. Wanneer je elektrostatische sterktes krijgt die zeer hoog zijn, dan kan die energie elektronen uit luchtmoleculen stoten, uit atomen van bijvoorbeeld zuurstof en stikstof. Deze elektronen kunnen nadat de energie is gepasseerd terugvallen naar hun normale lage energievorm. Als ze dat doen dan kunnen ze fotonen afgeven en die kunnen gemakkelijk verantwoordelijk zijn geweest voor de lichtflits die werd waargenomen toen de formatie verscheen.

Iets anders is de mogelijkheid dat de planten een zo hoge elektrostatische lading over zich heen kregen, dat toen de ooggetuigen er overheen liepen het klonk alsof ze over glas liepen. Dat kunnen kleine ontladingen zijn geweest die kraakten en klikten.

Linda Moulton Howe: Het is dus niet zo dat de tarwe haar molecuulstructuur had veranderd in iets dat glasachtig lijkt. Het is omdat er nog genoeg elektrostatische energie in de planten aanwezig was, dat toen zij erop stapten die energie zorgde voor dat krakende geluid?

W. C. Levengood: Niet alleen in de planten Linda, maar ook in de bovenste lagen van de grond. Er zou een wisselwerking zijn tussen deze elektrostatische ladingen en de luchtmoleculen.

Linda Moulton Howe: Dat kan verklaren waarom mensen die in sommige graancirkels komen, een geluid horen als rijstkorrels die in een schaal vallen?

W. C. Levengood: Ja, zeker, exact.

Linda Moulton Howe: Maar niemand van ons weet wat er achter het ontstaan van die plasma-energie zit.

W. C. Levengood: Dat is juist, we kunnen het niet aanwijzen, nee.

Linda Moulton Howe: Het zou een vergevorderde intelligentie kunnen zijn.

W. C. Levengood: Ja, dat kan ik niet ontkennen. Wat er gebeurt, is orde scheppen uit chaos.

Linda Moulton Howe: Wat er in het East Field gebeurde, de plasma energie die in wisselwerking stond met die 150 cirkels, die deed dat op een wijze zoals u nooit eerder zag?

W. C. Levengood: Juist.

Linda Moulton Howe: Waarom denkt u dat in een formatie van deze afmetingen en met de chaotische energieën die u vond, er geen magnetiet in de grond werd gevonden?

W. C. Levengood: Dat is niet eenvoudig te zeggen. Ik denk dat het past in de theorie die we hebben dat de magnetiet het resultaat is van een dichtbije ontmoeting tussen een graancirkel en een wolk meteorietachtig materiaal. Dus, in dit geval was er geen ontmoeting (met ijzerachtige stof) tussen de draaiende plasma in de bovenste atmosfeerlaag en de East Field formatie. Misschien was de meteorietactiviteit ten tijde van het vormen wel laag.

Linda Moulton Howe: Dus uw hypothese is dat als er geen hoge concentraties meteorietstof in de atmosfeer aanwezig zijn als de draaiende plasma’s naar beneden komen, we geen hoge concentraties magnetiet zullen vinden in de graancirkels?

W. C. Levengood: Dat is juist.


De genummerde plaatsen waarvandaan binnen de East Field formatie grond- en tarwemonsters door Charles Mallett werden genomen. Charles verzamelde ook controlemonsters op zo’n 70 meter afstand vanaf de formatie in de richtingen noord, oost, zuid en west.
Originele foto © 2007 by Lucy Pringle




GRAANCIRKELS PAGINA

Pagina Laatst Toegevoegde Artikelen